De filerijder is een kat. Hoogste tijd voor vlinders, koralen en tuinslakken!

De filerijder is een kat. Hoogste tijd voor vlinders, koralen en tuinslakken!

Op 29 mei 1955 deed de file in Nederland haar intrede. Wat toen nog een grappige bezienswaardigheid was, veranderde al snel in een nachtmerrie. Ellenlange ochtend- en avondspitsen, ergernis, veel verloren momenten starend over het stuur en honderden kilometers ronkende motoren op weg tussen werk en woning lagen in het verschiet. Niets leek het filespook dat op eerste pinksterdag 1955 voor het eerst verscheen nog te kunnen verjagen. Totdat begin 2020 een andere onverwachte bezoeker ons land aandeed: het Coronavirus. In maart van dat jaar werd de eerste lockdown afgeroepen en weg waren de files, als sneeuw voor de zon. Er zouden maanden zonder files volgen. Mensen leerden thuiswerken en spitsmijden. Voor lopen en fietsen braken gouden tijden aan.

Tussen hoop en filestaart

Vóór 2020 verkeerden de meeste automobilisten in een toestand van aangeleerde hulpeloosheid. Men moest ‘s ochtends naar het werk en ‘s avonds weer naar huis en omdat iedereen dat deed, waren files het ‘onvermijdelijke’ gevolg. Ieder alternatief wat werd aangedragen werd met argwaan, zo niet met afschuw, bekeken en dus was er geen ontsnappen aan. Iedere woonwerkrit was – angstig kijkend naar matrixborden of navigatie en luisterend naar de radio – een aaneenschakeling van hoop, teleurstelling, zuchten en vooral remmen en weer optrekken. Speculaties over hoe de files konden worden opgelost, liepen net zo vast als het verkeer zelf. De conclusie was dat we er maar mee moesten leren leven.

Maar ineens waren ze weg. De diehard filerijder van weleer werkte vanachter de keukentafel, ging pas na 10 uur ‘s ochtends de weg op, of sprong op de fiets. Reistijd werd voorspelbaar, het geklaag over de file verstomde en goederen werden gewoon op tijd afgeleverd. “Wat een weelde, dat willen we altijd,” zou je denken. Volgens diverse onderzoeken duurt het aanleren van nieuwe gewoonten zo’n 8 tot maximaal 24 weken in de meest hardnekkige gevallen. De Coronatijd duurde minimaal een jaar, dus alle reden om de toekomst – in ieder geval op dit punt – hoopvol tegemoet te zien.

De filerijder is een kat

Toch lijkt het er op dat na een paar weken zomervakantie in 2021 de meeste illusies over vlotte doorstroming al weer de prullenbak in kunnen. De eerste weken van oktober staat het weer ‘ouderwets’ vast op de Nederlandse wegen. En waar je vóór corona nog kon aanvoeren ‘dat men niet beter wist’, gaat deze vlieger na corona niet meer op. We weten nu hoe het anders kan, ja zelfs hoe het anders moet, maar teveel automobilisten lijken hier geen boodschap aan te hebben.

De filerijder blijkt een kat. Katten zijn namelijk routinejunkies. Ze hebben het liefst dat iedere dag hetzelfde verloopt; hetzelfde plekje op de bank, ‘s ochtends meelopen naar de voordeur en altijd op hetzelfde tijdstip eten krijgen. Waar het hun reisgedrag betreft, doet de filerijder niet onder voor de kat. Bioloog Midas Dekkers: “De mooiste eigenschap van een poes is dat hij een volkomen gebrek aan ambitie heeft.” Iedere inbreuk op de dagelijkse routine is vechten tegen de bierkaai en bovendien een hinderlijke schending van de saaiheid van het bestaan. Waarom zou je het anders doen, als je je ook gewoon lekker iedere dag 2x groen en geel kan ergeren in de file?

Vlinders, koralen en tuinslakken’, verenigt u!

Beter maar niet te rade gaan in het dierenrijk, dus? Dat zou onverstandig zijn, want we kunnen wel degelijk veel van hen leren. Ook al is de kat dan misschien niet het beste voorbeeld, ‘aanpassen aan nieuwe omstandigheden’ is in de natuur de belangrijkste manier om te overleven. De moderne, flexibele, multimodale en slimme reiziger van de toekomst is namelijk een vlinder, een koraal of een tuinslak. Misschien niet direct de dieren waar je aan denkt, toch laten zij zien hoe je overleeft door in beweging te blijven en met je tijd mee te gaan.

In de jaren negentig dacht iedere vlinderbioloog dat de Quino Checkerspot (een vlindersoort uit Midden-Amerika) uitgestorven zou zijn als gevolg van vervuiling en klimaatverandering. Maar de vlinder bleek op ‘miraculeuze wijze’ zijn habitat te hebben verlegd naar grotere hoogten, waar een nieuwe plantensoort uitermate geschikt bleek om eitjes op te leggen. Als hij was blijven zitten waar hij zat en zijn gedrag niet had veranderd, had dit zijn ondergang betekend.

Een ander voorbeeld. Ecoloog Stephen Palumbi van Standford University in Californië onderzocht de hittetolerantie van koralen in warme baden. Wanneer ‘koude’ koralen een jaar in een warm bad verbleven, hadden ze zich volledig aan hun nieuwe situatie aangepast. Zo! daar kunnen de filejunks nog wat van leren!

Nog ééntje dan. Onze eigen tuinslak is in rap tempo bezig zijn huis aan te passen aan nieuwe klimatologische omstandigheden. De slakkenhuizen worden lichter van kleur, omdat hij daarmee beter in staat is de eigen lichaamstemperatuur af te stemmen op de omgeving. Dat gaat bijna nog sneller dan het energieneutraal krijgen van onze eigen woningen en al helemaal dan het afleren van het filerijden bij automobilisten.

Willen we dus een voorbeeld van hoe we de mobiliteitstransitie naar slim, duurzaam en flexibel gedrag moeten doorzetten, dan kunnen we – hoe aaibaar ze ook zijn – beter afstand nemen van onze kat en doen we er verstandiger aan – hoe weinig aaibaar zij ook zijn – toenadering te zoeken tot vlinders, koralen en tuinslakken. Zij laten zien dat als de wereld verandert er echt iets te leren valt. Nu wij nog!

 

Referenties

Casters, J, 2014, Een sprankeltje hoop: deze soorten passen zich aan nieuw klimaat aan, Het Laatste Nieuws, 07 mei.

Rhee, A. van, 2021, Katten zijn dom (en hun baasjes ook): Poezen en mensen zijn een grote mismatch, Algemeen Dagblad, 04 oktober.

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *