Nieuwsgierigheid: Tweezijdig mes in mobiliteit

(deze blog is in iets andere vorm ook gepubliceerd op reiskostenblog.nl)

 

Nieuwgierigheid: Tweezijdig mes in mobiliteit

Waarom willen we soms alles weten en soms juist niet?

17 januari 2014

Nieuwsgierigheid is prachtig. Het ontstaat door een verlangen naar informatie, naar nieuwe prikkels en nieuwe ervaringen. Zowel dieren als mensen worden er door gedreven; het is de basis voor leren en ontdekken. Niks mis mee dus. Toch kan nieuwsgierigheid lastig zijn. Neem de ellelange kijkfiles omdat automobilisten een glimp willen opvangen van een ongeluk op de andere rijbaan. Maar het kan nog erger: nieuwsgierigheid kan dodelijk zijn. De duistere kant van nieuwsgierigheid is terug  te vinden in oeroude boeken en legenden. Neem Eva die, door de slang nieuwsgierig gemaakt, een fatale vergissing beging of Pandora die haar nieuwsgierigheid niet kon bedwingen en de doos opende met rampzalige gevolgen.

Ben je al nieuwsgierig wat dit met mobiliteit te maken kan hebben? Lees dan deze blog!

children-958474_960_720

Ontdekken of verstandig zijn?

Variatie in gedrag is een basisvoorwaarde om je aan te passen aan nieuwe omstandigheden en zo de  drijvende kracht achter evolutionair succes. Wie steeds hetzelfde doet, leert niets nieuws. Psycholoog Daniel  E. Berlyne toonde met experimenten aan dat ratten liever een nieuwe laan van een doolhof inslaan dan een  bekende. De onderzoeksdrang gaat bij dieren zelfs zo ver dat ze snuffelen in een onbekende omgeving  verkiezen boven eentje waar ze zeker van voedsel zijn.

Vaak zien we intelligentie als de belangrijkste voorwaarde voor succes in het leven, maar recente studies  tonen aan dat concentratie, doorzettingsvermogen en nieuwsgierigheid veel belangrijker zijn. Sterker nog,  nieuwsgierigheid geldt als de belangrijkste kwaliteit om een gebrek aan intelligentie te compenseren.

Infobesitas: overdosis aan nieuwsgierigheid

Nieuwsgierig zijn betekent ‘informatie willen hebben’. En aan informatie tegenwoordig geen gebrek. Via internet en andere (sociale) media  komt  zoveel informatie op ons af dat het moeilijker is om informatie te ontlopen dan het te ontvangen. Informatie mislopen wordt echter als negatief ervaren. Het nare gevoel dat je weleens iets zou kunnen missen wordt steeds sterker. Hoe meer communicatiemiddelen we gebruiken, hoe meer we het idee krijgen dat we een tekort aan informatie hebben, zegt informatiedeskundige Roland van Vorst. Infobesitas is het gevolg: de angst om iets te missen, of er niet meer bij te horen als je wacht met berichten lezen.

girl-958246_960_720

Vooral het overgevoelige puberbrein is er vatbaar voor. Ook bij volwassenen krijgt mediaconsumptie steeds  vaker verslavende kenmerken. Het continu bereikbaar zijn en alles willen volgen, leidt naast vermoeidheid,  slaaptekort en concentratiegebrek tot verkeerde inschattingen. Neem nu het verkeer. Ondanks dat iedereen  weet dat ‘texting’ en ‘driving’ slecht samengaan, bezwijkt een meerderheid van de automobilisten wel eens  voor de verleiding. Onze neiging tot zelfoverschatting en het minimaliseren van risico’s die we liever niet  willen zien, geeft ons ‘oprecht’ het gevoel dat het allemaal wel meevalt met die onveiligheid. Toch komen er  volgens de SWOV jaarlijks tientallen mensen om het leven door smart-phone gebruik in het verkeer.

Billboards sporen ons aan op een parkeerplaats te Facebooken en te twitteren. Dat druist regelrecht in tegen de grootste verleiding van de smart-phone; hier, nu en continu. VVN  verleidt mensen sinds kort een week lang geen smart-phone in het verkeer te gebruiken. Een uitdaging dus om te doen wat eigenlijk vanzelfsprekend zou moeten zijn.

De keerzijde: gebrek aan nieuwsgierigheid

Die ongebreidelde behoefte aan nieuwe kennis, informatie en ervaringen, lijkt de ideale basis voor het uitproberen van nieuw gedrag. Koud kunstje dus om doorgewinterde automobilisten te lokken naar fiets, openbaar vervoer, of nieuwe manieren van werken. Bevangen door nieuwsgierigheid zullen ze zo snel mogelijk alle mogelijkheden uit willen proberen. Helaas, de praktijk is anders. Hier verzandt nieuwsgierigheid maar al te vaak in weerstand, gemakzucht en hang naar gewoontes. Waar we bij de smart-phone de nieuwsgierigheid willen afremmen, dient zij hier dus juist aangewakkerd te worden. Maar hoe doe je dat? Daarvoor bestaan vier verschillende aanvliegroutes. Het zijn technieken die – geïsoleerd toegepast – slechts kortstondig werken, maar in combinatie met andere beïnvloedingsmechanismen zeker kunnen bijdragen aan het succes van gedragsbeïnvloeding.

Vier op een rij

(1). De eerste techniek is verstoren. Het komt neer op twijfel zaaien of verbazing oproepen. Je zet het wereldbeeld (op kleine schaal) eventjes op zijn kop. Vraag als leraar bijvoorbeeld eens in alle ernst aan leerlingen een spiekbriefje mee te nemen naar een examen, om daarna het tegengaan van frauderen bespreekbaar te maken. De RET gebruikte deze techniek, die in de literatuur Disrupt-Then-Reframe wordt genoemd, in een campagne. Eerst werd aangekondigd dat er een voertuig op komst was met “0% bijtelling en 100% elektrisch‟. Het leek in de campagne om een auto te gaan, hetgeen de aandacht trok van met name autoliefhebbers. Het gevolg was een bepaalde mate van ‘verwarring’. Vervolgens kwam de ‘reframe’: het gaat niet om een auto, maar om een andere prachtige vervoerwijze: de tram.

(2). De tweede techniek om nieuwsgierigheid op te wekken is (zogenaamd) iets achter te houden. Dingen die verborgen (lijken te) liggen, verboden zijn of dingen die jij zegt te weten maar een ander nog niet, maken nieuwsgierig. Aan het begin van de krimi weet alleen de dader zelf wie het gedaan heeft. Genoeg reden om met de (fictieve) detective mee op onderzoek te gaan tot het eind van het boek of film. Of een leraar die zegt dat de leerlingen de volgende twee bladzijden moeten overslaan omdat die niet geschikt voor hen zijn. Een betere motivatie om hen deze bladzijden te laten lezen is bijna niet te bedenken. De eerder genoemde methode van VVN om mensen ‘uit te dagen’ een week lang geen smart-phone in het verkeer te gebruiken, sluit hier goed bij aan. De deelnemers willen dan wel eens zien of dat zo moeilijk is.

dont-click-here-thumb

(3). De derde techniek (verwant aan de vorige) is om verschillende mogelijkheden zo lang mogelijk open te houden en er een  vleugje eigen invloed bij te suggereren. Geef mensen het idee dat zij hun eigen verhaal schrijven of afmaken.  Het gebeurt in  talentenjachten op televisie waarin het tot aan het eind onduidelijk is wie er gaat winnen en waarbij de illusie wordt gewekt  dat jouw sms-je dat mede bepaalt. Het is ook het principe van veel games, waarin jij een nieuwe wereld betreedt door een  bepaald level te halen. Games worden momenteel in mobiliteitsmanagement gebruikt om mensen te motiveren zich anders te  gedragen. Hierbij is het dus aan te bevelen om deelnemers een eigen inbreng te geven en telkens een upgrade naar ‘levels’ te  gebruiken, zodat de nieuwsgierigheid geprikkeld blijft: “Als u zoveel punten heeft gehaald met ander gedrag, dan gaat er een  nieuwe wereld voor u open’.

(4). De laatste techniek om nieuwsgierigheid te bevorderen is eigenlijk de simpelste. Kook de zaak niet voor, maar stel vragen! Kinderen doen dit van nature: denk aan de ‘waarom’-periode die menig ouder tot wanhoop drijft, maar voor het kind zelf een schat aan informatie oplevert.

Wil je dat je boek gelezen wordt, geef het een ondertitel als ‘Waarom hebben sommige mensen succes en anderen niet?’ Dat roept de behoefte op het antwoord te willen weten. Dit mechanisme verklaart ook het succes van allerhande quizjes. Het confronteert ons met een gemis; een tekort aan kennis. We willen het antwoord graag weten! En als we het antwoord zelf al weten, willen we wel eens weten of anderen het ook weten. Ik raad dan ook iedereen die met mobiliteitsmanagement bezig is, aan om veel vragen aan de doelgroep te stellen. Het geeft je inzicht in je doelgroep en het maakt de doelgroep – mits je het goed doet –nieuwsgierig naar het onderwerp, omdat zij zelf gaan ontdekken welke rol zij daarin spelen.

Op de vraag hoe het kwam dat hij zo intelligent was geworden, antwoordde Einstein dat hij helemaal niet intelligent was. Hij was alleen nieuwsgierig! En dat kwam omdat zijn moeder hem elke dag had gevraagd of hij wel de juiste vragen had gesteld.

Wie van de Drie

 

 

 

 

 
 
Foto: quiz ‘Wie van de Drie?’ (1) 
 

 

Referenties

Groot, F. de, 2011, Adam en Eva en het begin van de psychologie, Garant-Uitgevers n.v., Apeldoorn.

Tough, P., 2013, How Children Succeed; Grit, Curiosity, and the Hidden Power of Character, Random House.

Trigt, R. van, 2010, Infobesitas is nieuwe ziekte, Trouw.

Vorst, R. van der (2007). Nieuwsgierigheid: hoe wij elke dag worden verleid. Amsterdam: Nieuw Amsterdam.

 

(1 ) Klik op foto voor aflevering ‘Wie van de Drie’ met de Verkeerspsycholoog’

Leave a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *